Nederland is de springplank

De Nederlandse markt is waar producenten van geopolymeer als bindmiddel naar uitkijken: Franse, Finse, Britse en ook Nederlandse producenten. En niet zonder reden: Nederland heeft de MKI-milieu-indicatie en is klaar om geopolymeerbeton op écht grote schaal uit te rollen. Eindelijk! De CO2-reductie is aanzienlijk, omdat het tot nu toe een van de grootste vervuilers was.

 

Geopolymeer.tech is het platform voor samenwerkende producenten in Nederland. Een platform met kennis en ervaring in productieprocessen en -installaties in Nederland, en ook inzicht in de eisen van aannemers en opdrachtgevers. Geopolymeer.tech, onder leiding van Jos Kronemeijer, kent de markt en de producenten. Het biedt een springplank in Nederland voor producenten met prospects zoals Vattenval en Mobilis als blikvangers.

De behoefte begint bij de opdrachtgevers. Zij willen groenere producten. Rijkswaterstaat heeft een opdracht vanuit de overheid. Architecten en opdrachtgevers willen groenere alternatieven en een lagere ecologische footprint, zowel voor het klimaat als voor hun imago.

 

Concurrentie tussen producenten?

Nee, juist niet. Ken je dat fenomeen in India? Als je één juwelier in een straat ziet, blijkt vaak dat de hele straat uit juweliers bestaat. De reden hiervoor is dat mensen dan precies weten waar ze moeten zijn: die ene straat. Dat is geopolymeer.tech.

 

Geopolymeer.tech is een platform van samenwerkende producenten, elk met hun eigen specificaties en toepassingen. Hierdoor is er geen sprake van concurrentie, maar juist van een dynamische markt aangestuurd door de behoeften van opdrachtgevers. Geopolymeer.tech koppelt de eisen van opdrachtgevers aan de juiste producenten. Voor producenten plaveien wij de weg naar de productie-installaties.

Voldaan aan hoogste infra-kwaliteitseis

Bij de levering van het eerste gewapende geopolymeerbeton als constructief onderdeel van de hoofddraagconstructie van een overheidsobject (2019: ProRail-project 'Spoorwegonderdoorgang Vennewatersweg te Heiloo') heeft Mobilis-TBI, na gedegen vooronderzoek naar 'equivalent performance', Geopolymeer.tech de opdracht gegeven om een receptuur voor geopolymeerbeton te ontwikkelen. Dit geopolymeerbeton werd toegepast als volwaardig alternatief voor conventioneel hoogovencement, onder auspiciën van Bouwdienst Rijkswaterstaat en ProRail.


Praktijkdemonstraties bij klanten

Klimaatdoelen halen met geopolymeerbeton

Waarom kiezen voor Geopolymeerbeton?Het is belangrijk je te realiseren dat fabrieksmatige bereiding van Portland-clinker (het centrale bestanddeel in alle ‘traditionele cementen’) een grote CO2-emissie veroorzaakt; op wereldschaal wordt hieraan zelfs ruim 8% van alle antropogene emissie toegeschreven.  De oorzaak is gelegen in de enigszins archaïsche combinatie van gebruik van grote hoeveelheden fossiele brandstof voor het bereiken van zeer hoge temperaturen in een cementoven waardoor in dit zgn. ‘calcineerproces’ letterlijk CO2 uit de mergel-kalksteen kan worden gebrand. B4C hanteert echter een alternatieve technologie om middels zogenaamde ‘alkalische-activering’ tot een alternatief type ‘cementeus bindmiddel’ te komen waarbij niet op basis van ‘hydratatie maar op basis van ‘polymerisatie’ een vergelijkbaar sterk en betrouwbaar ‘geopolymeer-cement’ ontstaat.Er is geen reden meer om niets te doenZaken als planeet-omvattende klimaatveranderingen, nog-steeds toenemende bevolkingsomvang en daarmee samenhangende grondstoffen- en reststoffenproblematiek. Dit heeft een kentering in ons denken teweeggebracht over niet-alleen leefbaarheid van onze planeet maar ook minstens even sterk, de eindigheid van primaire grondstoffen om door te gaan op bestaande wegen  waardoor 'de wal het schip zal keren' en aanpassing noodzakelijk is geworden. De doelstellingen geformuleerd in het nationale Klimaatakkoord en de hieruit volgende ambities om de CO2-uitstoot in alle maatschappelijke geledingen (en dus ook de betonwereld) drastisch terug te brengen, maken geopolymeerbeton met haar significant lagere CO2-emissieprofiel en gelijktijdig hoge TRL-niveau (technology readiness level; een graadmeter voor marktimplementatie van nieuwe technologie) tot een realiseerbare oplossingsrichting.Geopolymeer wordt gevormd door een combinatie van ‘reactieve minerale poeders’ (zgn. alumino-silicaten of ‘precursors’) en toevoeging hieraan van alkalische stoffen (zgn. ‘activators’) in een waterig milieu (zoals elke verse betonspecie), waarbij tot slot de overige voor beton bekende toeslagmaterialen zoals zand en grind in bekende proporties worden samengevoegd.

Lees meer »

Productie- en verwerkingsdemonstratie van geopolymeer/AACM-beton JUNI 2018

In het kader van een tender voor 12 kunstwerken (bruggen en viaducten) in de N69 waar de Provincie Brabant in 2018 een grote waarde in de vorm van financiële weegfactor MKI toekende aan 'verduurzaming', vroeg infra-hoofdaannemer Mobilis bv uit Apeldoorn (onderdeel van het TBI-concern) of wij durfden aan te tonen dat elke betonmortelproducent in Nederland 'het gewoon kan produceren en elke ontwerpend beton-aannemer er gewoon mee kan rekenen en dit gewoon op gebruikelijke wijze kan verwerken'....

Lees meer »

Eerste constructieve geopolymeerbeton in kunstwerk van Rijkswaterstaat en ProRail​

De nationale primeur was in Heiloo waar geopolymeerbeton is toegepast in een onderdoorgang op de plaats waar de Vennewatersweg het spoor kruiste. Het project is uitgevoerd in opdracht van ProRail binnen de TunnelAlliantie door de combinatie Mobilis – Hegeman.In dit project is voor het eerst in Nederland een duurzaam beton toegepast. Nooit eerder werd geopolymeerbeton in een hoofddraagconstructie van een overheidsproject toegepast. Geopolymeer heeft een groot voordeel: de CO2-footprint. Deze is fors lager dan van traditioneel beton.

Lees meer »

Mock-up geopolymeerbeton spoorwegonderdoorgang in Diemen

We zijn in Diemen, daar wordt een prachtige spooronderdoorgang gebouwd. In deze bouw willen Mobilis, Rijkswaterstaat en Prorail geopolymeerbeton - een nieuwe innovatieve betonsoort - inzetten om de klimaatdoelen die het rijk stelt aan hen te realiseren. In de video's de mock-ups voorafgaand daaraan en de mensen aan het woord die vertellen over de fine-tuning van het mengsel. 

Lees meer »

Proef met duurzame geopolymeerblokken voor versterking afsluitdijk

Het programma Proeftuin Duurzaam Beton richt zich op het klimaatneutraal en circulair maken van de onderhoudsopgave van Rijkswaterstaat in combinatie met een zo groot mogelijke kostenefficiëntie. Het gaat specifiek om het toepassen van innovatieve betonsamenstellingen voor 2030 in de betonketen van Rijkswaterstaat. Binnen het programma is innovatie het middel om de ambities van een klimaat neutrale en circulaire onderhoudsopgave van Rijkswaterstaat te kunnen realiseren en niet het doel. CO2-reductie en circulariteit zijn twee onderwerpen die voor Rijkwaterstaat enorm belangrijk zijn. Voor de organisatie is het belangrijk om beide doelen na te streven. Dit programma is een eerste stap die nu door Rijkswaterstaat wordt gezet om dit concreet te maken.

Lees meer »

Praktijkproef met geopolymeerbeton: voor versnelling in verduurzaming sector

Een praktijkproef om aan te tonen dat we met jullie als bezoekers - en iedereen in de bouwwereld - een versnelling kunnen maken in het halen van de klimaatdoelstellingen en het zekerstellen van toekomstvaste verdienmodellen in onze sector. Een doseerklep bracht bijna roet in het eten! Ik baalde omdat ik een perfecte demo had willen hebben. Gelukkig was het een hick-up en konden we verder met goede batches. ‘Ronduit perfect zelfs’: liet de professionele betonverwerker van Anton Betontechniek bv uit Obdam enthousiast weten.

Lees meer »


Veel gestelde vragen

Wat is de prijsstructuur?

De factoren die kostprijsopbouw bepalen voor een halffabrikaat (stortklaar beton vanuit een truckmnixer) verlangen een simpeler lere beschouwing dan de kostprijs voor het gerede product; dat geldt óók voor geopolymeerbeton. Op dit moment is er nog amper een logistieke keten om het op elke straathoek te kunnen aanbioeden en ook verlangen veel gebruikers steeds opnieuw specifiek geschiktheidsonderzoek in hun projecttoepassing voor hun achterban: die twee factoren drijven de prijs van het halffabrikaat voorlopig vrij stevig op met in sommige gevallen een kostprijs tot faktor 1,75 à faktor 2. De inkoopprijzen van veel geopolymeer-grondstoffen zijn echgter vaak lager dan conventionele cementgrondstoffen verschillen afhankelijk van het bouwproject. Neem contact met ons op voor meer informatie.

Wat is geopolymeer? 

Wat is nou eigenlijk geopolymeer

 

Geopolymeer is een populaire verzamelnaam voor een innovatieve (want in onze contreien 'niet-conventionele') cementsoort voor gebruik in beton, mortels en grouts; iets wat fijnproevers soms liever omschrijven als 'alkali-geactiveerd cementeus materiaal' ('Alkali Activated Cementitious Material'). 

 

Het is in bepaalde landen al decennia-lang bekend, vaak ook  genormeerd als substituut voor 'conventionele (portland-clinker gebaseerde) cement en bekend als technisch-volwaardig 'cementeus bindmiddelsysteem' wat feitelijk héél sterk in haar prestaties lijkt op 'conventionele cement'  zoals we dat kennen van de al 200 jaar wereldwijd bekende Portlandcement, maar ... wat tot-op-de-dag-van-vandaag in normatieve zin in onze contreien nog even géén 'cement' mag heten. Geen 'conventionele cement' omdat de grondstoffen, de proporties en de chemie van het verhardingsproces nèt even anders zijn als wat restrictief in (o.a. Europese) cementnormen is vastgelegd voor gebruik in constructief beton. Dat remde tot-voor-kort de naamsbekendheid, dat remt nog steeds brede (h)erkenning en soms ook acceptatie bij opdrachtgevers wegens 'koudwatervrees' maar de toenemende roep om méér duurzame oplossingen vanuit de maatschappij maakt dat dit de laatste jaren snel veranderd is.

 

We beschouwen geopolymeer in de cement- en betonwereld (niet-ten-onrechte) als 'een hoogst-innovatieve cementsoort, maar zelf beschouwen we het óók wel als 'een her-ontdekte cementsoort' omdat het basisconcept al in 1908 in de VS werd geoctrooieerd. Dat het al in 1938 industrieel werd geproduceerd en toegepast in Europa (Purdon op projecten in BEL en GBR) is voor velen volslagen onbekend, net als het feit dat het al vanaf jaren '50 vanuit Oekraïne (Glukhovsky) werd doorontwikkeld en steeds grootschaliger uitrolde in een reeks toenmalige Sovjet-staten waar we pas ná de val van de Muur kennis van namen.  Het is via handelscontacten vanaf midden  jaren '80 met communistisch China, dat met name in Australië de technologie toenemende belangstelling genoot omdat hiermee een reststoffenprobleem werd 'getackeld' (enorme poederkoolvliegas-overschotten) en aantoonbaar significant lagere emissieprofielen haalbaar waren zonder technische prestaties geweld aan te willen doen.  Echt snel ging het echter vooral na ratificatie in VN-verband in '97 met het Kyoto-protocol waarin alle belangrijke industrielanden significante CO2 emissie-reducties toezegden en waarbij we zagen dat met geopolymeer als 'cementeus bindmiddel' in beton aantoonbare CO2 reducties van 40% tot soms wel 85% invulbaar bleken en waarmee (sinds late jaren '30 goed gedocumenteerde) zéér duurzame constructieve toepassingen konden worden getoond. Wij als B4C onderschrijven de stelling 'Geopolymeerbeton = dubbel duurzaam' : zowel in ecologische-  als in technologische zin dan ook van harte.

 

Ten aanzien van grondstoffen is van 'conventionele cement' bij gebruikers bekend dat die vaak bestaat uit tenminste 2 en steeds vaker 3 (of meer) 'minerale componenten', namelijk de altijd universeel benodigde 'portland-clinker', met vaak ook een 'hoogovenslak'-aandeel en een relatief klein nevenbestanddeel 'gips' -->  dit alles als poeder vermengd aangeboden waarbij er na toevoeging van water een chemische verhardingsreactie plaatsvindt die we 'hydratatie' noemen. Bij een 'geopolymeer'(of AACM) is óók sprake van tenminste 2 en steeds vaker 3 (of ook hier meer) 'minerale componenten', namelijk de ook hierin vaak gebruikte 'hoogovenslak' en 'puzzolane-bestanddelen' (zoals vliegas of metakaoline, maar die lijst aan bruikbare opties is bij AACM's vele malen langer) en eveneens een relatief klein nevenbestanddeel 'natriumslicaat en/of natronloog' -->  dit alles als poeder vermengd aangeboden waarbij er na toevoeging van water (wat voor de chemische reactie verminderd noodzakelijk is), maar waarbij de chemische verhardingsreactie géén 'hydratatie' maar 'polymerisatie' of 'polycondensatie' wordt genoemd. In beide gevallen is het chemische reactieproduct na verharding 'steenachtig' van karakter en kan het 'toeslagmaterialen' zoals zand en grind tot een zeer sterk steenachtig waterbestendig geheel (='beton') samenbinden voor constructief gebruik als bouwmateriaal.